
GOOISCHE STOOMTRAM [MAATSCHAPPIJ] – van 1881 tot 1940 exploitant van een tramroute van Amsterdam via Muiden naar `t Gooi, waarbij ook Muiderberg werd aangedaan.
De N.V. Gooische Stoomtram werd op 17 december 1880 opgericht. Eerste directeur werd civiel ingenieur Cornelis Bok uit Den Haag, tevens een van de initiatiefnemers. Het startkapitaal bedroeg een half miljoen gulden (500 aandelen à 1000 gulden). Met de komst van de stoomtechniek behoorden de diligence en de trekschuit tot het verleden.
Met de aanleg van het spoor werd in januari 1881 begonnen. De feestelijke opening van het eerste deel van de lijn (Amsterdam naar de Diemerbrug) vond op 17 mei 1881 plaats. In rap tempo werd de lijn doorgetrokken naar Muiderberg, waar de stoomtram op 22 juli 1881 voor de eerste keer arriveerde. Bij de Hakkelaarsbrug was in het Witte Huis een wachtlokaal, tevens café-restaurant. De tram reed vervolgens over de Hakkelaarsbrug en de Googweg om na het passeren van de joodse begraafplaats te eindigen bij het kopstation t.o. café-restaurant/hotel Het Rechthuis. Een rit duurde een uur en vijf minuten. Om terug te rijden naar de Hakkelaarbrug moesten de locs weer naar de nieuwe ‘voorkant’ worden gerangeerd. De rit werd vervolgd naar Naarden en later ook naar Huizen, Laren en Hilversum.

De eerste jaren waren voor de Gooische Stoomtram Maatschappij financieel moeilijk. Om meer passagiers te trekken, ontstond het plan de tramweg in Muiderberg door te trekken langs het Echobos tot voorbij de Brink. De wandeling naar het strand zou dan aanmerkelijk korter worden. Een actiegroep wilde de tram vanwege de onveiligheid buiten het dorp houden en wist het plan tegen te houden.
Ook de eigenaar van de aan de Googweg gelegen joodse begraafplaats – de Joodse Gemeente Amsterdam – signaleerde gevaarlijke situaties. Het kerkbestuur schreef: ‘In de laatste tijd is het meermalen voorgekomen, dat bij bochten in de weg naar Muiderberg botsingen plaatsvonden tusschen den lijkwagen waarmede de lijken onzer gemeenteleden naar de begraafplaats te Muiderberg worden vervoerd en den Gooische Stoomtram, die aldaar dikwijls met meer dan ons inziens geoorloofde snelheid passeerde en niet liet onderzoeken of de weg veilig was, waartoe zij volgens onze mening wel verplicht is.’
Van hogerhand werd besloten dat de tram in de bebouwde kom alleen stapvoets mocht rijden. De conducteur liep bovendien voor de tram uit met een bel en een rode vlag. Desondanks bleven ongelukken op grote schaal voorkomen. In de loop der jaren zijn zeker meer dan 100 mensen door een ongeluk met de tram omgekomen*). De stoomtram kreeg dan ook de bijnaam ‘De Gooische Moordenaar’.

De tram vervoerde niet alleen personen, maar ook post, melk en vee. Bij Het Rechthuis werden de melkbussen van de Muiderbergse boeren ingeladen, die de melkslijters later op de dag in Amsterdam uitventten. Naast gewone rijtuigen bezat de maatschappij twee salonrijtuigen voor het vervoer van joodse overledenen van Amsterdam naar Muiderberg. Ze werden al gauw de ‘lijkwagens’ genoemd. Lang zijn ze niet in bedrijf geweest, want het joodse kerkgenootschap kwam met religieuze bezwaren. Welke dat waren is niet duidelijk.
In 1924 verwierf de N.V. Gooische Stoomtram een strook grond aan de Googweg dat tot het Kocherbos behoorde. De bomen op die plek moesten wijken voor de aanleg van een nieuw emplacement met twee perrons en drie sporen. Tijdens hoogtijdagen kwamen er twee trams tegelijk aan met ieder vijfhonderd mensen; op zondag arriveerden wel tien trams, dus zo’n vijfduizend dagjesmensen. Te bedenken valt dat het dorp in de jaren ’20 van de vorige eeuw niet meer dan zo’n 600 zielen telde. Op grote schaal werden pensions, cafés en hotels geopend.


De komst van de motortram begin jaren ’30 leidde tot het besluit van de onderneming om Muiderberg niet meer rechtstreeks aan te doen. Bij de Hakkelaarsbrug moesten passagiers voortaan overstappen op de stoomtram om naar Muiderberg te rijden (het ‘heen-en-weertje’). Dit leidde tot veel protesten, onder meer van de Nederlandsch-Israëlitische Hoofdsynagoge **). Bezoekers van de joodse begraafplaats moesten voortaan pendelen naar de halte Hakkelaarsbrug. Dat was allerminst plezierig voor met name de oudere begraafplaatsbezoekers. Zij moesten bij de Hakkelaarsbrug vaak lang wachten op de aansluitende motortram naar Amsterdam.

Het plan ontstond om de spoorbaan vanuit Muiderberg via de polder te laten doorlopen naar Naarden. Het bestuur van de joodse gemeente werkte daar welwillend aan mee door een stuk grond van het Kocherbos aan de tramonderneming te verkopen voor het luttele bedrag van 1000 gulden (zie op de foto de witte, gebogen lijn die door een hoek van het bos loopt). De overige benodigde grond werd door het trambedrijf van een achttal andere landeigenaren aangekocht. Vervolgens werd door de polder een dubbelspoor aangelegd vanaf het emplacement in Muiderberg. De nieuwe route sloeg vóór Het Rechthuis rechtsaf, liep over wat later de Gerard Doulaan zou worden en draaide aan het eind het Kocherbos in, waarna de weg door de weilanden werd vervolgd richting Naarden. Het nieuwe baanvak werd op 19 februari 1932 officieel in gebruik genomen. Alle motortrams gingen sindsdien tussen Amsterdam en Laren via Muiderberg rijden. Het pendelende stoomtrammetje op de Googweg ging met onbeperkt verlof en ook het spoor over de Naarderstraatweg was voor de lijndienst niet langer nodig.

De datum 1932 voor het nieuwe baanvak kon niet ongelukkiger worden gekozen. In hetzelfde jaar werd immers de Afsluitdijk aangelegd. De Zuiderzee werd een binnenmeer en de dagrecreatie verminderde zienderogen. Daar bovenop kwamen ook nog de crisisjaren. Na zo’n zestig jaar kwam er een eind aan de tramlijn Amsterdam-`t Gooi. De laatste rit was op 15 oktober 1939. De stoomtram had plaats gemaakt voor de autobus.

Omdat er een tekort aan bussen was, reed de tram nog wel elk uur tussen Amsterdam en Muiderberg. Deze uurdienst eindigde roemloos toen de tram op 13 februari 1940 in de polder vastliep in een dik pak sneeuw. In die dagen was er al wel een busverbinding met Amsterdam. Deze had één halte op de Brink en keerde na deze stop terug naar Amsterdam.
Het emplacement aan het eind van de Googweg werd in 1940 buiten gebruik gesteld. De stoomtram is in de oorlogsjaren en enkele jaren daarna nog wel ingezet voor transport van brandstof voor civiel gebruik. Ter herinnering aan de legendarische stoomtram staat vóór het terras van Het Rechthuis sinds 1984 een miniatuur stoomlocomotief op een sokkel. (Monument Stoomtram).
*) in een artikel over het biermerk de ‘Gooische Moordenaar’ in de Gooi en Eemlander dd. 14 januari 2021 wordt een getal van 117 doden genoemd.
**) Dit is de officiële naam van de Joodse Gemeente Amsterdam. Het kerkgenootschap werd in 1924 eigenaar van het Kocherbos.
- Vraagje van de redactie: in een advertentie uit 1883 kondigde de Gooische Stoomtram aan extra nachttreinen in te zetten in verband met in Muiderberg te houden harddraverijen. Weet iemand waar deze draverijen werden gehouden en met welke diersoort?